Terwijl je dit leest, gaan Democraten in Indiana en North Carolina naar de stembus. De uitslag brengt nog geen beslissing - Obama's nominatie blijft een kwestie van tijd - maar is desalniettemin van belang. De voorkeur van de kiezers is een indicatie van de invloed van de media.
Objectiviteit is het grootste goed van de Amerikaanse journalist. Je mag hem van alles beschuldigen - riooljournalistiek, laag-bij-de-grondse onderzoeksmethoden en stalkgedrag - maar trek nooit zijn journalistieke integriteit in twijfel. Ieder verhaal heeft twee kanten en een beetje journalist beweegt hemel en aarde die te belichten. Mede dankzij dit arbeidsethos twijfelen sommige Amerikanen nog steeds aan global warming: ieder wetenschappelijk bewijs moet tegengewicht krijgen van een onderzoeker die het tegenovergestelde zegt.
De media schrok zich onlangs dus rot toen hun politieke onpartijtigheid in het Amerikaanse comedy programma Saturday Night Life op de hak werd genomen: journalisten zouden Hillary Clinton veel harder aanpakken dan Obama. Twee typetjes speelden de kandidaten in een debat waarbij "Obama" niet veel meer werd gevraagd dan of hij lekker zat en misschien een extra kussentje wilde."
Dat gaat zomaar niet," moet op veel nieuwsvergaderingen en redacties geroepen zijn. Het gevolg: tientallen reportages en artikelen over Obama's vermeende elitaire gedrag, vragen over zijn patriotisme - hij draagt geen Amerikaans vlaggetje op zijn revers - en eindeloze herhalingen van de racistische en anti-Amerikaanse uitspraken van zijn voormalige pastoor. Door het roer zo drastisch om te gooien hoopt de media weer koers te zetten naar het beloofde land Objectiviteit.
Wint Clinton dik in Indiana - Obama wint North Carolina sowieso - dan is dat mede dankzij deze zigzagjournalistiek; hoe dichter Obama bij haar in de buurt blijft, des te minder heeft de kiezer zich laten afleiden door dit gekommaneuk.
Tuesday, 6 May 2008
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
No comments:
Post a Comment