Tuesday, 30 June 2009

CIA werft op Wall Street

Dankzij de crisis op een zijspoor? Van gekkigheid niet meer weten waar de miljoenen aan te spenderen? Of zin om de cubicle te verruilen voor een spannender werkomgeving? Wall Street bankiers die zich aangesproken voelen kunnen zich opmaken voor een nieuwe baan. Als geheim agent.

Handig gebruik makend van de crisis lanceerde de CIA onlangs een reclamecampagne speciaal voor bankiers. "Economische, financiële en andere geldexperts," vertelt een radiospotje, "als de jacht op het grote geld niet genoeg is, dan heeft de CIA een missie voor u. 'Make a difference in your career and for your nation.'"

Ex-bankiers moeten echter niet denken dat ze ooit in Noord-Korea gedropt zullen worden om het regime omver te gooien. Ook acties om Iran's uraniumcentrifuges op te blazen of verhoorsessies à la Jack Bauer zijn onwaarschijnlijk. Ze worden binnengehaald vanwege hun financiële kennis en opleiding, aldus CIA woordvoerdster Marie Harf. "Nationale veiligheid omvat onderdelen als terrorisme- en drugsbestrijding en het tegengaan van handel in nucleair materiaal. Dat zijn stuk voor stuk gebieden waar we sollicitanten met economische en bancaire achtergronden goed kunnen gebruiken."

De ex-bankiers zullen natuurlijk het meest moeten wennen aan de CIA salarissen. Afhankelijk van hun ervaring betalen de banen die voor hen open staan tussen de $60.000 en $160.000 per jaar. Hij is zich ervan bewust dat het een schijntje is in vergelijking met wat ze vroeger verdienden, zegt CIA recruitment officer Ron Patrick, maar "mensen die hier komen werken willen hun land dienen en dat vereist een andere 'mind set' dan voor de grootst mogelijke winst gaan. Wie die omslag kan maken zal zich bij ons helemaal thuis voelen."

Die instelling alleen is niet voldoende. Geïnteresseerden die vorige week op gesprek werden uitgenodigd - op een geheime locatie, ergens in New York - moeten voordat ze een aanbieding kunnen krijgen ook nog langs de leugendetector. En of de Wall Streeters, die jarenlang volhielden dat het wel verstandig is om hypotheken en leningen te verstrekken aan mensen zonder baan of eigen vermogen, daar doorheen komen is zeer de vraag.

Reuters interview waarin CIA's Ron Patrick de criteria uitlegt -- voor zover hij dat "on camera" kan.

Monday, 29 June 2009

Imago inflatie

“And you can take that to the bank.” Er was een tijd dat een Amerikaan echt zeker van zijn zaak was als hij dit zei. Uit onderzoek blijkt dat deze uitspraak dankzij de crisis zijn langste tijd heeft gehad.

Volgens de Gallup enqûete zei slechts 22 procent “a great deal” of “a lot” vertrouwen te hebben in banken. Dit percentage – een diepterecord – is 10 procent minder dan een jaar geleden. Dat was ook al laag, als je bedenkt dat een paar jaar geleden nog bijna de helft van alle ondervraagden “heel veel” of “veel” fiducie zei te hebben in Amerika's banken.

Bekende namen hebben het meest last van de imago inflatie. En dat is niet zo gek. Dag in, dag uit wordt op de voorpagina's en praatprogramma's hun hebberigheid, wanbeleid, schuld aan de crisis en miljarden kostende reddingsplannen behandeld.

Kleinere banken kunnen handig gebruik maken van deze ontwikkeling, aldus Mike O'Toole, president van PJA Advertising + Marketing. Het enige dat zij moeten benadrukken hoe klein ze zijn en hoe dichtbij ze bij hun klanten staan. “You can use community roots in your advertising, showing real bankers with real names.”

Daarnaast is het belangrijk om te vertellen dat “je bij je leest ben gebleven,” en je nooit op die producten hebt gestort waarvan inmiddels bekend is dat ze de crisis ingeluid hebben. “ People are craving common sense and conservatism.”

Tot slot raadt O`Toole banken -groot en klein – af het woord “vertrouwen” te gebruiken in hun communicatie. “There's a huge cynicism about that.” En zolang Amerika in crisis blijft zal dat gevoel voortduren – 'and that you can take to the bank.'

Thursday, 25 June 2009

Waar staat Europa in Iran?

De EU is niet van plan de bestaande strafmaatregelen tegen Iran uit te breiden uit angst vooral de burgerbevolking te treffen. Wel heeft EU-voorzitter Tsjechië de lidstaten gevraagd de vertegenwoordigers van Iran in hun land ter verantwoording te roepen. Dit zei staatssecretaris Frans Timmermans van Europese Zaken maandag tijdens een debat over de Europese top vorige week in Brussel.

Europa gaat met dit besluit haar verantwoordelijkheid uit de weg en zal vriend noch vijand overtuigen van haar bedoelingen.

Wat er op dit moment in de straten van Teheran gebeurt is ongekend. Welke kant het opgaat is niet te voorspellen maar zeker is dat het een ommekeer in Iran's politiek zal betekenen. Door op dezelfde manier te reageren als altijd – ambassadeurs op het matje roepen, protest aantekenen en schande spreken – doet Europa de historische betekenis van de massaprotesten tekort.

President Obama wil zich logischerwijs niet bemoeien met de uitkomst van de verkiezingen. Na 30 jaar diplomatieke radiostilte, over en weer beschuldigingen en Amerika's blunders in buurland Irak moet de VS iedere schijn van inmenging vermijden. Zo wordt voorkomen dat het regime de rijen kan sluiten tegen de “Great Satan.” Ook moet Obama armslag houden. Lopen de protesten op niets uit dan moet hij alsnog met Ahmadinejad's regering Iran's atoomprogramma bespreken. Door die leegte te vullen kan de EU laten zien dat Obama's buitenlandse politiek met meer dan alleen woorden ondersteund wordt.

Het is derhalve zaak dat Europa zo snel mogelijk de diplomatieke betrekkingen met Iran bevriest. Het is een niet mis te verstaan signaal dat geweld tegen vreedzame demonstranten scherp veroordeeld wordt; het zal het Iraanse volk een hart onder de riem steken; en het kan de interne verdeeldheid binnen het regime verder aanwakkeren.

De Europese minister van Buitenlandse Zaken komen dit weekend bijeen voor een vergadering van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa. Hier kan besloten worden om per direct alle 27 ambassadeurs terug te roepen en alle Europese ambassades te sluiten. Het tijdelijk opgeven van 'ogen en oren' maakt de impact van dit besluit ruimschoots goed. Daarnaast blijft de 'Twitter revolutie' online beschikbaar.

Voordat dit – of enig ander – besluit genomen kan worden is het zaak dat Europa duidelijkheid schept waar men met Iran heen wil. Voor Nederland is de topprioriteit dat meer geweld voor de bevolking wordt voorkomen en en dat alle politieke krachten in Iran zich kunnen vinden in de verkiezingsuitslag. Dat lukt alleen als de demonstranten naar huis gaan en zich neerleggen bij de grillen van een 'democratie' die 30 procent van de kandidaten bij voorbaat uitsluit van deelname aan verkiezingen en geen ruimte biedt voor gelijke rechten en persvrijheid. En dat het einde van de protesten het einde van het geweld betekent is onwaarschijnlijk; het zal buiten het zicht voortduren.

Wil men daadwerkelijke verandering, dan kan Europa, nu alle ingrediënten daartoe aanwezig lijken te zijn, niet langs de lijn blijven staan. De protesten bieden daarvoor een te goede gelegenheid om de eigen onderdanen, de VS maar vooral het Iraanse volk duidelijk te maken waar Europa voor staat.

Monday, 22 June 2009

Groene reclames aangeklaagd

Dat bedrijven reclames gebruiken om zichzelf en hun producten beter voor te laten doen dan ze zijn is bekend; en beweringen dat men beter is voor het milieu dan Moeder Natuur zelf zijn hierop geen uitzondering. Nieuw is echter dat dit zogenaamde 'greenwashing' tot steeds meer rechtszaken leidt.

Voordat, dankzij de crisis 'goedkoop' het modewoord werd in Amerikaanse reclames, was het 'groen' wat de klok sloeg. Volgens een onderzoek van Terrachoice, een milieu marketing bureau, nam het aantal groene producten tussen 2007 en 2009 met 79 procent toe. Maar, zo bleek uit hun studie naar 2219 producten, in maar liefst 98 procent van de gevallen bleken groene claims overdreven of ronduit gelogen. En consumenten en milieuorganisaties ruiken bloed, aldus advocaat Eric Lane, gespecialiseerd in greenwashing. “This is a hot area of false advertising.”

Zo werd onlangs S.C. Johnson aangeklaagd vanwege het gebruik van een 'Greenlist' logo op hun flessen Windex. Het bedrijf zou de indruk wekken de goedkeuring van een objectieve milieuorganisatie te krijgen terwijl het logo uit de koker van S.C. Johnson zelf komt. Eerder daagde een inwoner van Californië Honda aan: zijn Civic Hybrid zou teveel benzine gebruiken om als “fuel-efficient” te worden aangeprezen. En inmiddels buigt een New Yorkse rechter zich over de vraag of Procter & Gamble en Colgate-Palmolive gedwongen kunnen worden de ingrediënten van Ajax en andere eco-schoonmaakproducten bekend te maken.

Het is onwaarschijnlijk dat deze trend zich doorzet. Amerikanen laten inmiddels groene, over het algemeen duurdere producten, links liggen en gaan voor goedkoop. Bedrijven spelen natuurlijk handig in op die zoektocht naar de laagste prijs. En dat hun reclames daarbij overdrijven en liegen is irrelevant: of een aanschaf past in het budget is ten slotte in één oogopslag te zien.

Saturday, 20 June 2009

Superheld Obama

Is it a bird? Is it an airplane? No, it`s Barack Obama...


Try JibJab Sendables® eCards today!

Thursday, 18 June 2009

Guantánamo vraagt om actie EU

Er komt geen gezamenlijk EU-beleid inzake Guantánamo Bay. EU-lidstaten blijven individueel beslissen of zij gedetineerden uit de Amerikaanse gevangenis op Cuba opnemen. Dat is de kern van de verklaring die de Europese ministers van Buitenlandse Zaken maandag in Luxemburg zijn overeengekomen.

Voorwaarde is dat landen die gevangenen opnemen het afgesproken veiligheidsprotocol naleven en alle noodzakelijke informatie over de ex-gedetineerden delen met de Europese partners. Het besluit verplicht de Europese Unie en haar afzonderlijke lidstaten op geen enkele wijze om de zestig gevangenen, die door de VS nu niet langer gezien worden als “vijandelijke strijders ”, ook daadwerkelijk op te nemen. Het probleem is dat deze Guantánamo- gedetineerden niet naar huis kunnen omdat zij daar marteling of executie riskeren. Antiterrorismewetgeving verhindert momenteel toelating tot de VS zelf.

Dit besluit is het zoveelste bewijs dat Europa niet in staat is de rest van de wereld op kordate, snelle en eensgezinde wijze duidelijk te maken waar het voor staat.

Dat Guantánamo Bay, als levend symbool van de respectloze houding ten opzichte van de Arabische wereld en de islam, het Amerikaanse – en daarmee het gehele westerse – belang uiteindelijk meer kwaad dan goed heeft gedaan, is nu wel duidelijk. Maar uit angst het grote Amerika al te zeer tegen de schenen te schoppen bleef Europa sinds de ingebruikneming van de gevangenis in 2002 steken in formeel en krachteloos protest. Zelfs toen de martelpraktijken in de gevangenis bekend werden kwamen de verschillende EU-voorzitters niet verder dan enkele tamme verklaringen.

Je zou desalniettemin verwachten dat het de EU veel waard zou zijn om van het hoofdpijndossier Guantánamo Bay af te komen. Het was vorig jaar al duidelijk dat de machtswisseling in Washington het einde van de gevangenis zou betekenen. Europa had toen al klaar kunnen staan om vrijgelaten gevangenen op te nemen die niet op een verblijfplaats in hun eigen land of Amerika konden rekenen,
maar deed niets.

Van de gevangenen die voor opname in Europa in aanmerking komen staat in sommige gevallen al jaren vast dat zij ten onrechte in Guantánamo Bay verblijven. Voor Europa waren én zijn zij een uitgelezen kans om praten over mensenrechten in daden om te zetten. Inmiddels hebben zich zeven Europese landen bereid verklaard de VS te helpen; afgelopen maandag nog beloofde Italië drie gevangenen te zullen opnemen.

Maar nu de regering-Obama haast lijkt te willen maken met de sluiting van Guantánamo is het voor heel Europa en ook voor Nederland zaak de ex-gedetineerden op korte termijn daadwerkelijk op te vangen. Alleen zo kunnen zij hun tot nu toe slappe en opportunistische opstelling enigszins goedmaken. Nederland behoort tot dusver echter binnen de EU tot de meest halsstarrige weigeraars.

Waarom is actie geboden? Omdat de betrokken gedetineerden in strijd met onze belangrijkste rechtsbeginselen zijn behandeld. Zij zijn jarenlang vastgehouden zonder tenlastelegging, zonder toegang tot een advocaat naar keuze en onderworpen aan verhoortechnieken die inmiddels als marteling bekend staan. Men kan dus ook niet fel genoeg reageren op mensen die stellen dat ‘zij wel schuldig moeten zijn omdat ze al zo lang vastzitten’ of die verwijzen naar een klein aantal ex-gedetineerden dat zich na vrijlating schuldig zou hebben gemaakt aan terrorisme. Andere ex-gevangenen worden zo ook niet behandeld. Brussel zou de nu heersende stilte moeten doorbreken
om dit glashelder te maken.

Veiligheid werd in de campagne voor de Europese verkiezingen zowel door voor- als tegenstanders van Europa als een EU-kerntaak neergezet. Maar nu er een onderwerp van mondiaal veiligheidsbelang aan de orde is, komt men niet verder dan een halfzacht compromis. Hoe wil je het Europese verhaal, zowel intern als in de VS en de rest van de wereld, verkopen als je niet eens tot een gezamenlijke aanpak kan komen?

Tuesday, 16 June 2009

Obama beloont zijn geldschieters

Feestje hier, cultureel evenementje daar en een statig onderkomen om buitenlandse collega's de ogen uit te steken. Het leven als ambassadeur is zo gek nog niet. Totdat de volgende post Oezbekistan blijkt te zijn. Dat probleem weet het Amerikaanse corps diplomatique handig te omzeilen.

Sinds de dagen van President Kennedy is het traditie dat ongeveer een derde van alle ambassadeursposten naar politieke geldschieters gaat. Hierbij geldt: hoe meer iemand heeft opgehaald hoe belangrijker de functie of hoe aangenamer de bestemming. En het benoemingsbeleid van Obama is op deze regel geen uitzondering.

Zo is de beoogde hoogste Amerikaanse vertegenwoordiger in Groot-Britannië Louis Susman. Deze zakenman uit Chicago bracht de afgelopen jaren $735.000 binnen voor de Democratische zaak – hij was zelfs zo goed in het binnenharken van geld dat hij de bijnaam “De Stofzuiger” kreeg. Charles Rivkin, genomineerd om ambassadeur in Frankrijk te worden, sleepte zo`n $500.000 voor Obama's campagne in de wacht; en om helemaal zeker te zijn deed hij er nog $300.000 bij voor diens inauguratie commissie.

Advocatenkantoor CEO John Roos kan voor zijn bijdrage van $545.000 Silicon Valley voor Tokio inruilen. En Daniel Rooney, eigenaar en voorzitter van de zesvoudige American Football Super Bowl winnaar de Pittsburgh Steelers, kan ook op huizenjacht. Zijn $150.000 bezorgde hem een nieuwe baan in Ierland. Op het eerste oog niet zo spannend, maar toch leuk gezien Rooney's Ierse roots.

Professionele diplomaten zien deze benoemingen met lede ogen aan. Zij vinden dat hun vak te grabbel wordt gegooid als Amerika door de hoogste bieder wordt vertegenwoordigd. Vorig jaar schreven zij toen nog kandidaat en senator Obama een brief waarin ze hem op het hart drukten voortaan nog maar 10 procent van alle posten aan donoren te geven.

Dat hij dat niet doet is niet alleen geen “change we can believe in,” het is ook “a little perplexing,” aldus de president van de American Academy of Diplomacy Ronald Neumann. “Dit beloningsstelsel is illegaal gemaakt voor overheidsbanen omdat we inhoud belangrijk vinden. We doen het niet in het leger, dus waarom wel voor ambassadeursposten?”

Begrijpelijke kritiek; maar dat betekent niet dat Obama er naar moet luisteren. Deze donoren hebben bewezen dat ze zaken kunnen regelen, hebben een netwerk om u tegen te zeggen en staan op goede voet met de president. En dat geen feestje op de ambassade compleet is zonder Ferrero Roche, ach daar komen ze vanzelf wel achter.

Monday, 15 June 2009

Verzekeringsmaatschappij uit de kast?

Hoe creëer je als stoffig bedrijf een buzz? Simpel, maak een reclame waarin twee mannen je product kopen, laat in het midden wat hun relatie is en wacht op de commotie. Het betekent een gemiste kans voor verzekeringsmaatschappij Progressive.

In de commercial stappen de twee mannen een Progressive winkel binnen. Eén is op zoek naar een goedkopere autoverzekering. Hij zit dermate krap bij kas dat hij zelfs zijn horloge heeft moeten verkopen aan de ander. De nieuwe verzekering blijkt zo goedkoop dat Nummer Eén genoeg geld overhoudt om zijn horloge terugkopen, maar die is niet te koop, aldus Nummer Twee.

Ik heb deze reclame hier regelmatig op televisie voorbij zien komen en er nooit iets achter gezocht. Anderen wel bleek vandaag toen zelfs CNN er een item aan wijdde. De hamvraag: zijn de twee mannen een stel?

Ja, zeggen sommigen, kijk maar naar het “bewijs.” De manier waarop ze naar elkaar kijken – dat zouden twee hetero vrienden nooit doen. De dame achter de balie die haar blikt afwisselt tussen de beide mannen suggereert dat ze bij elkaar horen. En voor wie nog twijfelt: op het T-shirt dat één van beiden draagt zou een regenboog, het symbool van de homobeweging, te zien zijn.

Onzin, zegt Progressive's marketing baas. Het zijn gewoon twee mannen van wie er één een nieuwe autoverzekering wil. Het idee is gebaseerd op de Friends karakters Joey en Chandler die ook niet meer zijn dan goede vrienden. Maar als mensen er meer in zien, “that's fine with us.”

Dit antwoord is zo diplomatiek dat het wel een compromis moet zijn. Het voorkomen van onduidelijkheid was makkelijk – daarvoor zijn er teveel reclames met louter mannen over wiens heterosexualiteit geen enkele twijfel bestaat. Anderszijds is zeven procent van de Amerikaanse huishoudens homosexueel; een percentage dat Progressive maar wat graag aan zijn omzet zou willen toevoegen.

Als het bedrijf echt baanbrekend had willen zijn en openlijk zou inzetten op homosexuele klanten had men de mannen zonder ruimte voor twijfel als een stel moeten presenteren. Door hun intenties in de kast te houden draagt Progressive bij aan het instandhouden van taboes die in Amerika nog steeds de normaalste zaak van de wereld zijn. Zo 'progressive' zijn ze dus kennelijk ook weer niet.

Zijn ze het wel of niet? Oordeel zelf:

Sunday, 14 June 2009

Nederlanders laten New Orleans herleven

Inwoners van New Orleans verheugen zich op de zomer en dat enthousiasme steekt men niet onder stoelen of banken. Via een breed opgezette reclamecampagne worden potiëntiele bezoekers op al het moois gewezen dat de stad te bieden heeft. En dat is wel eens anders geweest. Hoewel augustus en september bekend staan als het 'Peak Hurricane Season' en men in deze regio wel het een en ander gewend is zag men deze maanden nog niet zo lang geleden met angst tegemoet. Het was in deze periode in 2005 dat orkaan Katrina keihard toesloeg.

Dat het inmiddels weer tijd is 'to let the good times roll' is mede te danken aan een team Nederlandse ingenieurs dat hier in 2006 neerstreek om de stad te helpen met de bescherming tegen het water. En hoewel er nog veel te doen is durven de inwoners van New Orleans weer vooruit te kijken.

In 2005 waren in New Orleans alle ingrediënten voor een ramp aanwezig. De stad ligt grotendeels onder het zeespiegel niveau en het dijkensysteem was incompleet. Jarenlang was men hiermee weggekomen maar tegen de unieke combinatie van Katrina's zwaarte en grootte bleek de stad niet opgewassen. Op 29 augustus bereikten de waterstanden ongekende hoogten en met windstoten van 280 kilometer per uur werd Katrina de zwaarste orkaan die ooit in de Golf van Mexico gemeten is. Op meer dan 50 punten braken de dijken en 80 procent van de stad verdween onder water.

Uiteindelijk eiste Katrina in totaal 1836 levens en bedroeg de schade meer dan $100 miljard – wat de orkaan tot de duurste en één van de meest dodelijke natuurrampen in de Amerikaanse geschiedenis maakte.

Zoals zo vaak fungeerde ook deze tragedie als een wake up call. Er moest iets gebeuren om de stad en de rest van de regio in de toekomst te beschermen tegen dergelijk natuurgeweld; en zo vertrok enkele maanden na Katrina een hoge delegatie richting Nederland om te zien hoe men daar met water omgaat.

Men had behoefte aan Nederlandse inbreng, aldus delegatielid David Wagoner, omdat “wij veel kunnen leren van de Nederlandse aanpak. Hoewel wij dezelfde problemen hebben zijn Nederlanders in staat samen te leven met water. Dat is een fundamenteel verschil.” Wagoner, in het dagelijks leven architect en stadsontwerper in New Orleans, raakt niet uitgepraat over de Nederlandse werkwijze en visie. Nederlanders – die hij “de meesters van het water” noemt – slagen erin veiligheid en natuurschoon harmonieus met elkaar te verbinden – een combinatie waar hij vanuit professioneel oogpunt erg in geïnteresseerd zegt te zijn.

Eén van de bedrijven met wie de Amerikanen tijdens hun bezoek aan Nederland spraken was Royal Haskoning. Dit adviesbureau werd vervolgens uitgenodigd om in het najaar van 2005 naar de 'Louisiana Recovery and Rebuilding Conference' te komen waar Royal Haskoning samen met Amerikaanse partners een contract ter waarde van $150 miljoen in de wacht sleepte. Kort daarop verhuisden medewerkers van het bedrijf naar Louisiana. “Dat was een ingrijpende beslissing,” aldus waterbouwkundig ingenieur en projectleider Mathijs van Ledden, maar niet één waar hij niet lang over na hoefde te denken. Aan zo`n groot project meewerken is “toch een soort jongensboek,” zegt hij.

Samen met genietroepen van het Amerikaanse leger zijn Van Ledden en zijn collega's betrokken bij het herstel van 600 kilometer dijk rondom de stad en de bouw van drie stormvloedkeringen. Als het project af is in 2011 moet de stad een 100 jarig beschermingsniveau hebben en daartoe heeft men inmiddels al een aantal belangrijke stappen gezet.

“Aan de noordkant van de stad lopen uitwateringskanalen die in geval van nood afgesloten kunnen worden. Toen Katrina kwam is hier een aantal dijken langs die kanalen doorgebroken en dat risico behoort nu tot de verleden tijd.” Datzelfde moet over een paar jaar ook voor de oostkant van de stad gaan gelden – een andere plek waar het in 2005 “gigantisch misging.” Onlangs gingen hier de eerste 100 van de in totaal zo`n 1300 palen de grond in die samen een drie kilometer lange keermuur gaan vormen. Uiteindelijk moet de muur met twee beweegbare keringen – die acht meter boven NAP uitsteekt – het zogenaamde 'Inner Harbor Canal' kunnen afsluiten van de Golf van Mexico.

Zolang het project in aanbouw is blijft New Orleans' situatie precair, zeker in de zo gevaarlijke zomermaanden. Dat bleek maar weer eens in augustus vorig jaar toen orkaan Gustav voor grote oproer in het Zuid-oosten van Amerika zorgde. In Louisiana werden bijna twee miljoen mensen uit voorzorg geëvacueerd. Gelukkig viel de schade uiteindelijk mee, maar het bewijst maar weer eens dat het werk nog niet gedaan is, aldus Van Ledden. “Hurricanes zullen blijven komen. We kunnen het niet mooier maken dan het is.”

Ook is het 100 jarige beschermingsniveau een belangrijke stap vooruit, maar “gezien alle economische activiteiten en het inwonertal moet je voor een grote stad als New Orleans naar hogere beschermingsniveau’s kijken.” In samenwerking met het Amerikaanse leger worden er wel studies verricht naar verhogen van dat niveau, zegt hij, “maar de vraag is natuurlijk of daar geld voor is.” Op dit moment bedragen de investeringen zo`n $15 miljard; om het systeem naar een 1000 jarig beschermingsniveau te tillen is een bedrag van dezelfde orde van grootte nogmaals nodig.

Anderzijds is het tempo waarin gewerkt wordt een aangename verrassing, zegt Van Ledden. “Hier gingen na drie jaar de eerste palen in de grond voor een stormvloedkering van drie kilometer.” Nu was de nood en de politieke druk groot, maar ook de Amerikaanse mentaliteit draagt hieraan bij. “Lokaal is een enorm commitment merkbaar bij het 'Army Corps of Engineers.' En vraagt bijvoorbeeld het verwerken van een bepaald rekenmodel de inzet van 2000 computers dan doet men dat zonder enig probleem. Die daadkracht is typerend en voor mij persoonlijk motiverend.”

Dat onverwoestbare optimisme, in combinatie met hun rotsvaste geloof in techniek, is één van de voornaamste cultuurverschillen waar Van Ledden tegenaan loopt. Over het algemeen is er sprake van groot wederzijds respect tussen de Nederlandse en Amerikaanse collega's. Datzelfde merkt hij aan de bevolking van New Orleans. “De Nederlandse inbreng wordt enorm gewaardeerd. Wij worden toch gezien als een soort Hansje Brinker.”

Saturday, 13 June 2009

Texaanse politie klust creatief bij

Texaanse politieagenten zijn niet de meest vriendelijke dienders van Amerika. Een neus voor zaken kan ze echter niet ontzegd worden. En het mooie is het is nog legaal ook. In Texas althans.

De snelweg die leidt van miljoenenstad Houston naar de gokpaleizen in buurstaat Louisina voert automobilisten langs Tenaha – het soort dorpje dat aan alle voorwaarden voldoet om de achtergrond te vormen in een A-Team aflevering. Suffe hoofdstraat waar niets gebeurt? Check. Rechtvaardige mensen die beroofd worden? Check. Rednecks die een pak slaag verdienen? Check. Een grote baas die met zijn helpers achter de tralies moet? Hier wordt het lastig. Niet alleen zijn zij in dit geval de burgemeester en het lokale justitiële apparaat, wat ze doen is naar eigen zeggen legaal en nodig in de strijd tegen drugsoverlast.

Tussen juni 2006 en juni 2008 gaf de politie bijna 150 mensen die Tenaha passeerden de keuze: of gearresteerd worden wegens witwassen of een ander misdrijf of hun geld en andere waardevolle spullen inleveren. Onder hen bevonden zich bijvoorbeeld Jennifer Boatright en Ron Henderson, een stel dat met de $6000 die ze cash op zak hadden een nieuwe auto wilde kopen.

Nadat ze wegens onduidelijke redenen aangehouden waren dreigde de agent hun kinderen uit de ouderlijke macht te plaatsen, tenzij Boatright en Henderson een papier tekenden waarop ze zeiden akkoord te gaan met inlevering van hun geld. In ruil voor hun handtekening werd van verdere juridische stappen afgezien.

Een ander echtpaar, dat onderweg was om een aanbetaling voor hun restaurant te doen, werd op dezelfde wijze voor $50.000 getild. En in Roderick Daniels' geval was de $8.500 die hij bij zich had voor een nieuwe auto niet voldoende; de politieagent beval hem ook zijn juwelen af te doen. De ring die Daniels overhandigde deed de agent direct om zijn eigen vinger.

Zoals gezegd, deze praktijken zijn niet in strijd met de lokale wetgeving. De route is populair onder drugskoeriers die vaak met veel cash rondrijden. En met dit “Pluk-ze-kaal/ Lik-op-stuk beleid” wil de politie in Tenaha criminelen pakken waar ze het gevoeligst zijn. Bovendien komt het al het geld dat men op die manier binnenhaalt ten goede aan de gemeenschap.

Dat er op dit moment toch een rechtszaak tegen Tenaha's sterke arm der wet wordt aangespannen heeft de politie aan zich zelf te danken. Op een paar na blijken alle “criminelen” die aangehouden en beboet werden zwart of Latino te zijn. En hun “misdaad” was dat ze veel geld of waardevolle spullen bij zich hadden – in de ogen van de politie “bewijs” dat ze wel betrokken moesten zijn bij een misdrijf.

Inmiddels blijkt dat de lucratieve bijhandel verder gaat dan de politie alleen. Ook de lokale openbare aanklager vaarde er wel bij. Zo blijkt dat de popcorn machine op haar kantoor ($524) en catering voor een festival ($595) betaald is met geld dat verdiend is met het “Pluk-ze-kaal/ Lik-op-stuk beleid.” Daarnaast deed zij uit hetzelfde potje een aantal donaties aan goede doelen, waaronder $6000 voor de lokale kerk. Verder lijken ook de rechter en burgemeester niet vrijuit te gaan, tenzij zij een goed verhaal hebben waarom zij met aanhang op kosten van de gemeenschap twee weken naar Hawaii moesten.

De rechtszaak was oorspronkelijk vorig jaar gepland, maar naarmate de media meer aandacht aan de grijpgrage vingers van politie besteedt duiken er steeds meer gedupeerden op. Een nieuwe datum is nog niet vastgesteld maar zeker is dat het leven in Tenaha een stuk soberder zal worden.


CNN heeft het hele verhaal, inclusief een interview met een agent

Monday, 8 June 2009

Viagra reclames verbannen?

Met het oog op de tere kinderziel wil het Amerikaanse Congreslid Jim Moran dat Viagra, “erectile dysfunction” en “male enhancement” reclames alleen nog laat op de avond worden uitgezonden. Gezien het soms flauwe en dubbelzinnige karakter van sommige van deze commercials geen gek voorstel. Uit economisch oogpunt is het echter beter hen alle ruimte te geven.

Het zal je maar gebeuren: je kijkt samen met je kinderen op zondagmiddag een sportwedstrijd en het programma wordt onderbroken door een man die vertelt over zijn ED problemen. Grote kans dat je de onschuldige vraag “wat is ED” niet wil beantwoorden met een verhaal over erecties en wat daar allemaal mis mee kan gaan.

Aangespoord door dergelijke ervaringen van zijn achterban en collega's diende de Democraat Moran onlangs het wetsvoorstel “The Families for ED Advertising Decency Act” in; als de wet wordt aangenomen mogen deze reclames alleen nog tussen 10 uur `s avonds en 6 uur `s ochtends worden uitgezonden.

Hoewel de meeste van de commercials - in hun genre dan – redelijk smaakvol zijn, legt een aantal het er wel dik bovenop. Zo is Smilin' Bob – het gezicht van “natural male enhancer” Enzyte – het lievelingetje van al zijn vrouwelijke collega's; en dat één van hen op een kantoorkerstfeestje een stok vasthoudt met een bordje “North Pole” laat weinig aan de verbeelding over. Maar ook voor de recht-toe-recht-aan commercials geldt dat zij hun boodschap afsluiten met de mededeling dat gebruikers contact met een dokter moeten opnemen “if they have an erection lasting longer than four hours.” Leg dat maar eens uit aan je kinderen.

Daar staat tegenover dat Viagra en soortgelijke producten enorm in de lift zitten. Spendeerden de fabrikanten in 2007 nog $237 miljoen aan reclame, vorig jaar was dat $313 miljoen. En in deze crisistijd, waarin Amerika in de eerste drie maanden van het jaar maar liefst 12 procent minder aan advertenties uitgaf dan in dezelfde periode vorig jaar, is de communicatie rondom een succesvol product aan banden leggen niet logisch. Zeker niet als je bedenkt dat veel Amerikanen zich wegens geldgebrek al allerlei verzetjes moeten ontzeggen; laat hen met erectieproblemen dan in godsnaam de aanbiedingen van gratis proefmonsters zien om het leed enigszins te verzachten.

Of en wanneer het wetsvoorstel ter stemming komt is nog niet bekend; maar dat de preutse Amerikaanse media tegen die tijd stijf zal staan van het commentaar staat als een paal boven water. (Sorry, ik kon het niet laten.)

Smilin' Bob als Santa Claus

Wednesday, 3 June 2009

GM: Hoera, failliet

General Motors' faillissement is geen reden tot droefheid. Het bedrijf, de CEO en dealers zijn onverdeeld optimistisch over de wake up call. Blijft over de vraag waarom men nu pas serieus over verbeteringen gaat nadenken.

De nieuwste GM reclame windt er geen doekjes om. “Laten we eerlijk zijn,” zegt de voice over, “geen enkel bedrijf wil dit meemaken. Er was een tijd dat acht merknamen zin had. Er was een tijd dat we met de hele wereld konden concureren. Not any more.” Maar niet getreurd, gaat de stem verder, terwijl we kijken naar beelden vol opkomende zonnen en ontluikende bloemen. “Dit is niet 'going out of business. This is getting down to business.'”

Dezelfde toon sloeg GM CEO Frederick A. Henderson gister aan in een ingezonden brief in de Washington Post. “We gaan door wat veranderingen heen, maar dat betekent niet dat we onze identiteit verliezen. 'GM is here to stay.'” Ook benadrukte de hoogste baas hoe belangrijk hij zijn klanten vindt. Hij betreurt het als mensen last hebben van het faillissement, maar hoopt dat Amerikanen de weg naar de GM dealers zullen weten blijven te vinden.

Die blijven ondertussen ook alles zonnig zien. Volgens Mike Brown, Cadillac sales manager in een suburb van Washington, gaan de zaken “great.” Hij verkoopt weliswaar minder dan vorig jaar maar in deze crisistijd is dat helemaal niet slecht. Zelf maakt het faillissement hem weinig uit, “The Cadillac brand isn`t going anywhere,” zegt hij via de telefoon, en “zo denken vaste klanten er ook over.”

Zo bezien lijkt het faillissement het beste wat het bedrijf de laatste jaren is overkomen. “We zijn een beetje dom geweest. We vergaten waar we mee bezig waren, maar nu we failliet zijn gaan we het helemaal anders, maar vooral veel beter doen.” En het klinkt zo overtuigend, optimistisch en logisch dat het makkelijk is om ervoor te vallen.

Maar wie de feiten op een rijtje zet – 10 jaar op rij verlies draaien, auto`s maken die niemand wil hebben en $50 miljard aan overheidsgeld toucheren - ziet dat men het probleem nog lang niet doorgrondt. Dit faillissement hing jaren in de lucht en niemand greep in. GM mag het faillissement dan vieren als een feestje, pas als de lampen bij iedereen binnen het bedrijf aangaan zal de puinhoop van één van Amerika's grootste faillissementen echt duidelijk worden.

Wereldkampioen Aanklagen

Het zou een eer moeten zijn, maar Jonathan Riches verzet zich tegen zijn mogelijke vermelding in het Guiness Book of Records. Dat de samenstellers hem de wereldkampioen rechtszaken aanspannen noemen zint hem niet en daarom...spant hij een rechtszaak aan.

Riches stapte meer dan 4000 keer naar de rechter -- op eigen houtje want geen advocaat wil zijn vingers aan hem branden. Zo klaagde Riches onder andere President Bush, Somalische piraten en Britney Spears aan. Maar ook Plato, Nostradamus, het Romeinse Rijk en de Eiffel Toren waren niet veilig voor hem.

Vanuit de ziekenboeg van een gevangenis in Kentucky erkent Riches dat hij psychische problemen heeft, maar dat geeft het Guiness Book of Records niet het recht hem in de lijst op te nemen. Ook de bijnamen “Johnny Sue-nami” en “Sue-per-man” zinnen hem niet. Hij noemt de zaken zijn levenswerk dat niet uitgebuit mag worden.

Riches komt in 2012 vrij en wil dan cursussen Rechtszaken Aanspannen geven. Ook hoopt hij geld te verdienen met de verkoop van T shirts, met de opdruk “Watch what you do, or I’ll sue you.”

Tuesday, 2 June 2009

Brandweermannen witheet over examen

Wie als brandweerman in New Haven in de Amerikaanse staat Connecticut promotie wil maken moet een examen afleggen. En toen Frank Ricci zijn uitslag binnen kreeg dacht hij op rozen te zitten. Hij was de op vijf-na beste van 77 kandidaten die zich aangemeld hadden voor acht vacatures.

Helaas voor hem besloot het gemeentebestuur de test te negeren. De top Acht bevatte niet één zwarte of Latino examinant; en alleen blanken promoveren paste niet in het gemeentelijke beleid. Om niemand tegen het hoofd te stoten werd geen van de kandidaten gepromoveerd.

Ricci en 16 anderen namen hier geen genoegen mee: hun kansen op een betere baan werd hen ontnomen omdat ze blank waren. En discriminatie op de werkvloer is op basis van de Civil Rights Act uit 1964 verboden.

Deze wet is een uitbreiding van het Vijftiende Amendement, dat stelt dat niemand's stemrecht ontnomen of beperkt kan worden op basis van ras of huidskleur. Dit amendement, ingevoerd in 1870 , moest gelijke stemrechten garanderen maar in de praktijk veranderde er in sommige staten niets ten opzicht van de slavernij-tijd.

Zwarten werden vaak geconfronteerd met 'bijkomende verplichtingen' voordat zij mochten stemmen, zoals lees- en schrijftesten of verklaringen van goed gedrag. En voor wie daaraan voldeed verzon men wel een andere reden om de gang naar het stemhokje te belemmeren. Totaan de jaren zestig van de vorige eeuw waren dergelijke hindernissen met name in het Zuiden de gewoonste zaak van de wereld. De burgerrechtenbeweging kwam daar tegen in verzet en met de Civil Rights Act werd het begrip 'gelijke rechten' juridisch uitgebreider geformuleerd.

Dat er in de brandweerexamen zaak sprake is van discriminatie is voor beide partijen duidelijk. Volgens het gemeentebestuur schuilt die echter in de test zelf. Die zou zo zijn opgesteld dat niet-blanken hem sowieso slechter zouden afleggen. Ze wezen daarbij op andere gemeenten waar gelijksoortige testen wel tot grotere raciale diversiteit onder de geslaagden leidden. Voor Ricci is de voorbereiding het probleem: sommigen mensen hadden harder gestudeerd en achteraf bleken die toevallig allemaal blank te zijn.

De zaak diende begin dit jaar voor het Amerikaanse Hooggerechthof. De uitspraak wordt in de herfst verwacht en die zal hoe dan ook voor beroering gaan zorgen.

Enerzijds is de positieve discriminatie die het gemeentebestuur nastreeft begrijpelijk – het merendeel van de zwarte bevolking blijft nog steeds achter bij de rest van het land. Anderzijds kan men zich afvragen hoe wenselijk het bevoordelen van bepaalde bevolkingsgroepen is nu zelfs het hoogste Amerikaanse ambt voor alle rassen en kleuren openstaat.